De kwartel is familie van de patrijs en de fazant, maar dan in zakformaat. Kwartels zijn niet groter dan een spreeuw en laten zich ook niet zien. Ze zijn goed gecamoufleerd met een bruine rug met fijne gele streepjes.
Dit schuwe vogeltje komt voor in allerlei open gebieden zoals graslanden, akkers en zelfs duinen. Als een klein kipje lopen ze over de grond en eten zaadjes, insecten, bloemknoppen en zachte blaadjes. De vrouwtjes broeden op een nest op de grond van 6 tot maar liefst 18 eitjes. Soms broeden ze in de zomer zelfs nog een tweede keer.
Het is een beetje vreemd voor een klein hoenderachtig vogeltje, maar in de winter trekken ze naar Afrika. Onderweg worden ze in het Middellandse zeegebied zwaar bejaagd. Ondanks dat ze vrij zeldzaam zijn, worden ze toch elk jaar gehoord in dit gebied. Hun geluid is zeer herkenbaar, luister maar: